Vrijdag 14 april 2000


Een dagje in de Wicklow Mountains

We vertrekken 's morgens om tien uur met mooi, zonnig weer. De rondrit volgt een stuk van de Military Road die dwars door het hart van de Wicklow Mountains snijdt.

Onze eerste stop bevindt zich op een parking langs de weg, waar we een mooi vergezicht hebben op de stad Dublin en de Ierse Zee. Door de hoogte is het er flink koud. Bovendien begint het ook nog te sneeuwen. De warme drank, ons aangeboden door de chauffeur van het minibusje, doet deugd.

Midden in de ruige wildernis van de Wicklow Mountains is het nauwelijks te geloven dat we niet ver van Dublin verwijderd zijn. Door de ontoegankelijkheid vormden deze bergen een ideale schuilplaats voor de tegenstanders van de Engelse overheersers. De Military Road werd aangelegd door de Engelsen tijdens hun veldtocht tegen de Ierse rebellen na de opstand van 1798. De bouw van deze weg in 1800 maakte het gebied toegankelijker, maar de bergen zijn nog steeds dun bevolkt.

De R115 zoals de weg nu heet loopt dwars door het meest verlaten en ruigste gebied van County Wicklow, een prachtig landschap waar tal van herten en andere dieren leven. Het is een uitgestrekt veengebied met talrijke meertjes, kleine riviertjes en watervallen waar nog steeds turf wordt gestoken. De Ieren kunnen een aanvraag doen aan de betreffende instanties, waardoor ze een stuk grond krijgen toegewezen om turf te steken voor eigen gebruik. We kruisen de Liffey, hier nog een klein bergriviertje. Om foto's te nemen houden we halt aan een aantal indrukwekkende panorama's met grote bergmeren.

In Laragh zorgen we voor de innerlijke mens en lunchen we in een zeer gezellige pub aan het haardvuur. Opgewarmd vervolgen we onze weg naar Glendalough.

Glendalough, het dal van de twee meren, ligt tussen steile beboste hellingen en herbergt een van de meest sfeervolle kloosterruïnes van Ierland. Deze in de 6de eeuw door de Heilige Kevin gestichte religieuze nederzetting werd verschillende malen geplunderd door de Vikingen, maar kende toch gedurende meer dan 600 jaar een bloeiend bestaan. Pas nadat Engelse troepen het terrein in 1398 gedeeltelijk met de grond gelijk hadden gemaakt zette het verval in. Glendalough bleef echter als klooster functioneren tot alle kloosters in 1539 werden ontbonden. En zelfs daarna bleven pelgrims Glendalough bezoeken. Vooral op 3 juni, de feestdag van Saint Kevin.

De meeste bouwwerken in Glendalough stammen waarschijnlijk uit de 8ste tot de 12de eeuw. Een groot aantal is rond 1870 gerestaureerd. De meeste ruïnes liggen aan de oostkant van het Lower Lake. Men betreedt het klooster door de dubbele stenen boog van het poortgebouw, het enige van zijn soort dat nog overeind staat in Ierland.

Een korte wandeling leidt naar het kerkhof met een 'round tower'. De toren is 35 meter hoog en is een van de mooiste van het land. De kap is in de jaren zeventig van de 19de eeuw gerestaureerd met de stenen die in de toren verspreid lagen. Het kerkhof wordt nog steeds gebruikt: nieuwe grafzerken staan er tussen de oude. De oude, scheefgezakte grafstenen en kruisen creëren een speciale (lugubere) sfeer.

De kathedraal zonder dak dateert grotendeels uit de 12de eeuw en is de grootste ruïne in de vallei. De kathedraal is tijdens een brand verwoest waardoor het houten dak volledig verdwenen is. Hier bevinden zich de oudste grafstenen. In het midden van het kerkhof staat het piepkleine 'Priest's Home' dat zijn naam ontleent aan het feit dat hier de plaatselijke priesters werden begraven. Ten oosten hiervan staat 'Saint Kevin's Cross' dat dateert uit de 12de eeuw en een van de best bewaarde high crosses van Glendalough is.

In de weelderige vallei beneden staat een kleine kapel met een zeer schuin stenen dak. De kapel werd in de 11de eeuw of misschien nog eerder gebouwd en kreeg de bijnaam 'Saint Kevin's Kitchen' omdat de klokkentoren op een schoorsteen lijkt. Een van de oudste kerken van Glendalough is Saint Mary's die in het westen aan de overkant van het veld staat.

Wanneer we het pad langs het Lower Lake en de zuidelijke oever van de rivier volgen komen we bij Upper Lake waar nog meer ruïnes staan.

Deze plek vormt het beginpunt van een wandeling door de vallei. Spijtig genoeg hebben we te weinig tijd om deze wandeling volledig te doen. Sommigen van ons wandelen tot aan de oever van het Upper Lake, anderen nemen de trappen naar boven tot aan de Poulanasswaterval en de ruïnes van de 'Reefert Church', een eenvoudig Romaans bouwwerk.

Aan de zuidkant van het meer staan nog twee ruïnes die niet te voet bereikt kunnen worden, maar die men wel kan zien vanaf de overkant: Saint Kevin's Bed, een grot en Teampall-na-skellig, een kerkruïne.

We zetten de terugweg in langs de Wicklow Gap naar Valleymount, waar we even halt houden bij het kunstmatig aangelegde 'Blessington Lake'. Hier werden verschillende huizen onteigend om dit meer aan te leggen.

Onze uitstap eindigt rond 17:15 uur in het centrum van Dublin.


Auteur van deze bijdrage: Marina Van Aert. Foto's (fotogalerij): Marina Van Aert.
© 1999-2000 Graduaat Bibliotheekwezen en Documentaire Informatiekunde Antwerpen
© 1999-2000 Eindredactie en HTML-versie: Patrick Vanhoucke - Deze pagina maakt deel uit van een website met frames
URL: http://bewoner.antwerpen.be/gbdi/dublin/ - Laatste wijziging van deze deelpagina: 01-06-2000